We zijn weer veilig thuis in Tanzania! En deze keer was thuis alles zoals we het hadden achter gelaten  (wat een verschil met precies twee jaar geleden!). We hebben twee prachtige weken achter de rug, en een enerverende reis van ruim 2.000 kilometer in de auto.

Ieder jaar komen alle zendelingen van onze organisatie bij elkaar aan de Keniaanse kust om geestelijk en lichamelijk bij te tanken. Het was echt heerlijk om samen God te aanbidden in een vertrouwde taal (al is dat voor ons natuurlijk niet helemaal waar, maar toch), in een stijl die natuurlijk voor ons aanvoelt, om bijbelstudies te horen die zo geweldig relevant zijn voor ons geloofsleven, en om te zien hoe de kinderen genieten van een mooi vakantie-bijbel-club-programma.

Het is altijd goed om van iedere collega te horen hoe God hen in het afgelopen jaar geleid heeft en wat hij of zij geleerd heeft. Sommige gezinnen moeten door heel wat lijden heengaan; voor anderen lijkt het veel gemakkelijker te gaan. Maar je voelt je op zo’n conferentie toch echt samen, en je kunt zo gemakkelijk voor elkaar bidden en elkaar bemoedigen.

Het thema van de conferentie was ‘Genade’. En ook al kun je in 1 minuut uitleggen wat genade betekent (zo ingewikkeld is het immers niet?), je hebt telkens weer nodig om te leren uit genade te leven in elke situatie van het leven. En dat is een hele uitdaging. De voorganger (dr. Jim Murphy) hielp ons om te zien of we echt in elke situatie uit genade leven en reageren, of dat we toch soms andere – wettische – maatstaven hanteren (bijv. voor hoe we naar onszelf kijken, of naar anderen). Op onze slechtste momenten is het niet makkelijk om te geloven dat God genadig voor ons is, en op onze beste momenten denken we er soms helemaal niet aan. Als we terugkijken, kunnen we echt zeggen dat we gezegend zijn door de bijbelstudies dit jaar, en we hopen dat we weer gegroeid zijn in ons geloof.

We hebben er twee volle dagen over gedaan om weer thuis te komen. Toen we er zo’n 1.500 km op hadden zitten, kwam er opeens rook onder de motorkap vandaan. Wel even schrikken! Een zekering van de ventilator bleek kapot te zijn, waardoor de radiateur oververhit was geraakt, en daarmee de motor zelf. Gelukkig vonden we in de buurt een monteur die alles provisorisch weer aan de praat heeft gebracht. Na bijna twee uur konden we weer de weg op. Dat ging goed, tot na zo’n 200 km. Opnieuw rook! Toen ik de motorkap opende, schoot het reserve-resevoir van de koelvloeistof open, en verbrandde ik mijn handen en gezicht. Gelukkig werden we geholpen door enkele vriendelijke Kenianen, die ons water kwamen brengen. Na een half uurtje afkoelen, vertrokken we weer naar de volgende stad. Ik heb mijn ogen amper van de temperatuur-meter afgehad, bang dat de moter weer aan de kook zou raken. We hebben heel wat afgebeden onderweg. En het wonder gebeurde. Tot aan thuis – en dat was toch zeker nog zo’n 300 kilometer, deels door de bergen – is er geen druppeltje koelvloeistof meer verloren gegaan. God kan ons blijkbaar zelfs met een kapotte auto veilig thuis brengen. Op dit moment staat de auto in de garage en  probeert onze monteur de kleppen weer te repareren. Jammer dat één kapotte zekering een hele keten aan problemen veroorzaakt heeft. Maar we waren toch blij dat we al weer zover op de terugweg waren, en dat het niet op de heenweg gebeurd was.  En dat we zelfs nog voor het donker thuis kwamen. God is trouw geweest!

Reis statistieken:

  • ruim 2.100 kilometer in twee dagen heen en twee dagen terug,
  • ongeveer 300-400 verkeersdrempels (waarvan zo’n 20% onaangekondigd),
  • nul aanrijdingen (mens of dier),
  • twee keer de moter oververhit,
  • twee uur in een ‘garage’ om de auto voor €5 tijdelijk gerepareerd te krijgen,
  • 2 kinderen die het volhielden om 12 uur onderweg te zijn
  • 1 kind dat besloot dat het na 10 uur onderweg welletjes was en ging huilen tot we thuis waren

Het verkeer in Nairobi:

De bijrijder:

Geef een reactie

Post Navigation