Likje
In de kerk valt altijd wel wat te beleven, vooral met kinderen. Vandaag zijn we als gezin naar de kerk geweest, in een dorp zo’n 15 kilometer buiten Musoma. Een van onze bijbelvertalers is dominee in deze gemeente. Eerst zaten we met ons viertjes in een nog vrijwel lege bank, maar na 10 minuten waren we omringd door ongeveer 25 kinderen. En, jammer genoeg, met meer aandacht voor ons dan voor de dominee. Op een gegeven moment zouden we bidden en iedereen ging staan. Terwijl ik stond, legde ik mijn handen op de bank voor mij. Een klein meisje zat al een tijdje strak tegen me aan, vol aandacht volgend wat ik allemaal deed en zou gaan doen. Ik had mijn ogen vrijwel dicht, maar zag toch dat ze met haar mondje opeens wel heel dicht bij mijn hand kwam. En ja hoor, een klein roze tongetje kwam naar buiten en ik kreeg een klein likje. Geen idee hoe dat smaakte, maar het schrok haar blijkbaar niet te veel af, want ze bleef lekker naast me zitten. Dat was me nog niet eerder overkomen, een likje in de kerk.  Lees verder →

Vrijdag ben ik opnieuw naar een van de dorpen in de Kabwa-stam geweest. Ons doel: om te controleren of onze vertaling van Lukas 24 goed te begrijpen valt. Onderweg geniet ik altijd van het prachtige uitzicht over het Kabwa-gebied: de groene heuvels, de honderden hutten verspreid tussen de akkers en op de achtergrond een paar bergen waar de regenwolken maar niet over heen kunnen komen. Een prachtig stukje aarde, waar het leven echter weerbarstig is. De mensen hebben honger geleden, een paar jaar lang. Maar sinds november heeft het meer dan ooit geregend, de grond is doorweekt, de velden groen. Regen is een geschenk van boven.

Vandaag bezochten we het dorp Bukabwa. Het is het oudste en eerste dorp waar de Kabwa-mensen zich gevestigd hebben, jaren geleden. Iedereen spreekt hier de Kabwa-taal, alle 5.000 inwoners. De kinderen spreken alleen maar Kabwa, zelfs als ze op school Swahili beginnen te leren (wanneer ze zeven jaar oud worden). Het verraste me toch weer. Als je in Tanzania werkt denk je dat iedereen Swahili spreekt, maar dat is niet waar. Ga 10 minuten van de verharde weg af en je vindt gemeenschappen waar alleen de moedertaal wordt gebruikt. Zelfs al kennen mensen de nationale taal (tot op zekere hoogte), ze zullen liever hun moedertaal gebruiken dan het Swahili. Ik was blij om dit met eigen ogen te zien, en te horen dat de kinderen mijn Swahili alleen in hun moedertaal konden beantwoorden. Dít is de groep mensen die het met meest van ons vertaalwerk zal profiteren. En vandaag hebben we dat nadrukkelijk gemerkt, toen 8 mensen voor het eerst over het lijden, sterven en opstanding van Jezus hoorden in hun eigen taal. Lees verder →

Een van onze bijbelvertalers is afgelopen dinsdag getrouwd. We waren uitgenodigd om erbij te zijn, dus vertrokken we met een volle auto naar het dorp waar zij vandaan komt. Het was een stralende dag, de regen viel met bakken uit te lucht. We hadden zo’n 70 kilometer voor de boeg, en het ging goed op 1 vervelend incident na. Ongeveer 15 kilometer richting het zuiden stak een vrouw erg traag de weg over. Wij reden bijna 100 km/uur, dus ik claxoneerde om haar te waarschuwen (iets wat iedereen doet). Ze liep echter geen stap harder, integendeel. Opeens gooide ze een flinke stok die ze in haar hand had richting onze auto. Het vloog regelrecht tegen de voorruit en ketste met een luide knal af. We schrokken ons naar en ook de Tanzanianen in onze auto waren diep verontwaardigd. Dit is niet een normaal iets in dit deel van Tanzania. Vermoedelijk was ze dronken of zo, en de kans is groot dat ze flink op haar mieter heeft gehad van andere mensen die het zagen gebeuren. Gelukkig is het goed afgelopen. Lees verder →

Dorien heeft vorige week haar felbegeerde rode boekje gekregen! Ofwel: haar Tanzaniaanse rijbewijs. Op haar certificaat staan een heleboel vinkjes om aan te geven dat ze voor alle onderdelen van het examen is geslaagd, zowel voor de theorietest als voor het praktijkexamen. Geen enkele fout, van harte gefeliciteerd vrouw, ik ben trots op je!

De werkelijkheid is dat Dorien haar papiertje heeft gekregen zonder zich ooit vertoond te hebben. In ongeveer een uur tijd heb ik alles kunnen regelen op het politiebureau en bij het belastingkantoor in Musoma. Op het politiebureau moest ik aardig praten zodat Dorien niet de twee vereiste examens hoefde te doen (mede met het excuus dat Elisa nog steeds ziek was en ze niet zomaar even kon komen. Ik geef toe, niet de sterkste aller tijden). Maar iedereen was enorm behulpzaam en mijn waardering voor zowel de politie als de belastingambtenaren hier in Musoma is weer gegroeid. Wat mij in Dar es Salaam bijna een dag had gekost kan hier in een uur, en zelfs zonder de persoon in kwestie. Het resultaat: Dorien mag de komende drie jaar in Tanzania rond rijden, proficiat!

We voelen ons eigenlijk altijd wel veilig hier in Musoma, in ieder geval overdag. Toch went het maar een klein beetje dat we altijd opvallen. Alleen al ons blanke huidje maakt dat we nooit aan de aandacht van anderen kunnen ontsnappen. Soms zouden we ook wel donkerbruin willen zijn en een beetje onzichtbaar onze weg gaan hier in Musoma. Maar dat zal (voorlopig) niet gaan. Lees verder →

Conferentie in Kenia
Zaterdag, aan het eind van de middag, zijn we weer thuis gekomen vanuit Kenia. Het was een goede conferentie. Ik denk dat we met zo’n 80 collega’s bij elkaar waren en gedeeld hebben wat er in het afgelopen jaar is gebeurd. Erg goed om te horen waar iedereen mee bezig is, al is het niet voor iedereen even makkelijk. Het leven is ook hier realistisch. Er was veel tijd voor ontmoeting en gesprek, en dat was fijn (we konden weer eens Nederlands praten met op dit moment onze enige Nederlandse collega’s in Tanzania, Ludie en Cornelie Postmus). We hoorden ook vijf lezingen over het thema ‘kracht in zwakheid’.

De jaarlijkse SIL-conferentie waar we de meeste van onze collega's ontmoeten.

De jaarlijkse SIL-conferentie waar we de meeste van onze collega's ontmoeten.

Vanuit de 2 Korinte-brief probeerde de spreker uit Amerika, Dan Brown, ons een antwoord te geven op de vraag: waardoor kunnen we ons werk vol houden op de lange termijn? Lees verder →

We hebben zowel onze taalstudie als de homestay erop zitten! Op dit moment zitten we in de bus naar Dar es Salaam en is er ruimschoots de tijd om jullie weer op de hoogte te brengen van wat er in de afgelopen weken is gebeurd (al zorgt de slechte weg en de rappe chauffeur voor de nodige tikfouten). In deze mail een paar indrukken van de week die we met een Tanzaniaanse familie hebben doorgebracht.

Op weg
Om 9 uur ’s morgens stonden we klaar voor vertrek. We zouden worden opgehaald. Uiteindelijk kwam om kwart voor 1 ’s middags onze docent opdagen om ons naar ons gastgezin te brengen. Toen we de stad naderden stond een tweede oponthoud ons te wachten. Sinds vorige maand zijn er iedere week explosies om de weg te verbreden die naar de stad op de berg leidt. Deze zondag ging er iets mis. Twee mensen overleden. Het rijtje auto’s werd een rij, en het lange wachten was begonnen. We wisten niet dat het zo’n 3 uur zou duren, maar we hoorden meer dan eens dat we ‘over 10 minuutjes’ weer konden gaan rijden. De kinderen vermaakten zich naast de weg, met andere kinderen. Dat ging best goed, totdat zowel Michaja als een jochie met hetzelfde dopje wilden spelen. Het opgraven van een ander cola-dopje loste het cross-culturele conflict snel op, en het was toch al tijd om te gaan.

1blog1

Feest
Toen we aankwamen bij ons gastgezin stond het eten (nog steeds) klaar. En het huis was helemaal vol, want er was feest. De zoon des huizes had deze morgen voor de eerste keer communie gevierd, en dat is in de Rooms-Katholieke traditie een groots moment. Er was een koortje uit de kerk en allerlei familie aanwezig. Het was mooi om hierbij te kunnen zijn en te zien hoe vreugdevol gevierd was dat deze jongen van 10 jaar nu ook volop in de kerk mee mag doen. Aan het eind van een serie symbolische handelingen die we niet allemaal volledig begrepen, werden we voor de 3e of 4e keer door iedereen de hand geschud en was het feest, dat ’s morgen om 7 uur begonnen was, afgelopen. Door de vertraging hebben we de halve dag gemist (inclusief de kerkdienst), maar onze homestay is begonnen!

2blog4

Interessant
Het was in meerdere opzichten een interessante week, zelfs de meest slaapverwekkende uurtjes. Want het was wel even wennen aan het tempo waarin en de manier waarop onze gastfamilie de dagen doorbrengt. Daar heeft deze week ons zeker bij geholpen, om een beetje te zien hoe een ‘normale week’ eruit ziet voor een doorsnee gezin in Tanzania. We hebben nogal wat tijd doorgebracht met zitten en praten. Althans, vooral de mannen. De vrouwen waren vriendelijk, maar niet erg spraakzaam, hoe graag Dorien en Lyndy ook hun Swahili wilden gebruiken. Voor hen waren deze paar dagen daarom niet heel erg opwindend, ook al viel er genoeg te leren.

3blog7

Babu!
Voor mij was het iets anders, omdat ik eigenlijk de hele dag kon praten en van alles gedaan heb. De meeste dingen samen met Dorien, Lyndy, en de kinderen, andere dingen alleen met de heer des huizes, bwana Margaritha. Het was ook interessant om te zien hoe de ouders met hun kinderen omgaan, dat is toch anders dan in onze cultuur. De moeder was duidelijk de spil in het gezin en staat het meest dicht bij de kinderen (die veel in de keuken te vinden waren). De kinderen draaiden volop mee in het huishouden, vooral de dochters. De vader concentreerde zich meer op zijn gasten en gaf de kinderen opdrachten wat ze moesten doen. Babu (‘opa’) was vooral dol op Elisa, en dat mocht iedereen weten (vooral als er andere Tanzanianen in de buurt waren ;-)!

4blog3

Spelen
Michaja en Elisa raken er echt ermee vertrouwd om met de kinderen hier te spelen. Toen we in de buurt wat gingen rondwandelen, begon Michaja spontaan met een ander jongetje te spelen. Heri’s knikkers waren interessant en met een mix van Swahili en Engels kwam ze een heel eind. Het spel spreekt natuurlijk ook voor zich…

5blog6

Eten
Het eten was traditioneel Tanzaniaans en prima! Niet alleen dat, het was ook geheel symmetrisch verdeeld over de week. De eerste 3 dagen aten we rijst, bonen, spinazie en een sausje, en de andere dagen idem dito. De lunch en het avondeten waren dan ook eender. Bovendien, het eten werd ‘gratis thuisbezorgd’ (zie foto).

6blog2

Meestal aten we ’s middags om een uur of 2-3, en dan ’s avonds laat nog een maaltijd. Als de kinderen eerder honger hadden, dan kregen ze een bordje uji, een zoete pap. Maar ze hebben beiden goed gegeten deze week, dat geeft hoop! De maaltijden aten we vaak met alleen de vader en zijn zoon, of alleen met de dochters. De moeder, die voortreffelijk kon koken, at op andere tijden.

Oogsten
Dinsdags was een interessante dag, want we mochten meehelpen met de oogst van zonnebloemen. De zonnebloempitten worden gebruikt om zonnebloemolie van te maken, en de olie uiteraard om mee te koken. ’s Morgens om 7 uur vertrokken we achterop een pickup naar het veld, zo’n uurtje rijden buiten de stad. Op het veld vonden we een mooi plekje in de schaduw, onder een bamboe-achtige boom.

8blog9

Ook al is het hier in Tanzania vooral vrouwenwerk – werken op het land en het oogsten – het was
leuk en goed om te zien hoeveel werk er zit in een flesje zonnebloemolie. Eerst moesten we de zonnebloemen eraf snijden en de volle manden naar ‘de vrouwen’ brengen, die met een stok de pitten eruit sloegen. Aan het eind van de dag hadden we 2 grote jutezakken vol (behalve zere spieren, ruwe handen, en vermoeide hoofden).

9blog-8

In deze week hebben we iets geproefd van de gastvrijheid van een Tanziaans gezin. De vader zei tegen ons bij het afscheid: “het is voor ons een zegen om gasten te ontvangen. Niets is erger dan alleen te zijn of geen vrienden en gasten te hebben.’ Ook was het een leerzame week omdat we alleen maar in het Swahili gesproken hebben. En een bemoedigende week: want we kunnen nu echt voldoende met de taal uit de voeten om in Musoma aan de slag te gaan!

Swahili-interview
Direct na de homestay hadden we ’s morgens een ‘Language Proficiency Interview’ in de stad. Dit is een interview van een half uur waarin gekeken wordt welk niveau Swahili we in de afgelopen maanden bereikt hebben. De interviews gingen goed (al hadden we achteraf het gevoel dat we veel gecompliceerder Swahili hadden kunnen gebruiken), en de resultaten waren bemoedigend. Op basis van dit gesprek (dat uiteraard een momentopname is) zitten we nu beiden op ‘Advanced Mid’ en ‘Advanced High’. Zowel de docenten als wij zijn hier tevreden over, het is voldoende niveau om in een werksituatie uit de voeten te kunnen.

Diploma-uitreiking
Toen we donderdag terugkwamen, zagen we dat de banda waarin we 4 maanden lang gegeten hadden, helemaal afgebrand was. Kortsluiting ’s nachts. Vrijdag hadden we de Graduation. Het was leuk! We hadden alledrie een speech in het Swahili voorbereid, en we hadden voor iedere docent een nieuw spreekwoord bedacht. Daarna mochten de andere studenten en de docenten wat vriendelijke woorden zeggen en kregen we ons certificaat. Het zit erop!

10blog11

Komende woensdag hopen we ’s middags het vliegtuig te pakken te krijgen richting Musoma, een vlucht van zo’n 2 uur. Willen jullie bidden voor een veilige reis?

Hij liet even op zich wachten, maar hier is dan toch nog een bericht vanuit Iringa, voor we naar Musoma gaan. We zijn aan het eind van onze taalstudie en er wacht ons weekje waarvan we geen idee hebben hoe die eruit gaat zien: een ‘homestay’ met een Tanzaniaanse familie. Komende week zullen we na de kerk meegaan met dit gezin om een weekje met hen ‘mee te leven’. Het doel: vooral om ons Swahili te oefenen en meer van de Tanziaanse cultuur en gezinsleven te leren. We zijn benieuwd!

De afgelopen is er niet veel bijzonders gebeurd. We hebben gestudeerd, we waren gezond (het ging aardig goed met André’s hoofdpijn), Elisa is begonnen met lopen, Michaja met fietsen en Dorien met aftellen. Vorige week vrijdag werden we nogal afgeleid door een drietal kippen die het tijdelijke met iets anders ‘moesten’ verwisselen. Mensen, wat een lawaai, het ging dwars door je hart, de laatste zielige kraaitjes voor we ze op ons bord hadden liggen. Met de smaak was overigens niets mis. Sinds een paar weken hebben we hier op de taalschool een Amerikaanse invasie meegemaakt. 4 gezinnen uit het overzeese zijn begonnen aan hun taalstudie voor ze aan hun evangelisatiewerk hier in Tanzania beginnen. Het is even wennen, de cultuurverschillen zijn toch wel groot. En nieuwe vriendschappen opbouwen als je weet dat je bijna weer weggaat, is niet iets waar je veel energie in wilt steken. We zien nu wel toe om onze taalstudie af te ronden, vooral Dorien en Lyndy. En Michaja ziet erg uit naar haar ‘eigen kamertje in Musoma’. En wij naar de rest van het huis.

Michaja en Elisa met 'mama Raheli', ofwel: 'Betty'

Michaja en Elisa met 'mama Raheli', ofwel: 'Betty'

Winkelen bij 'Mama Minho'; altijd een verrassing wat je vindt en wat het kost.

Winkelen bij 'Mama Minho'; altijd een verrassing wat je vindt en wat het kost.

Hopelijk hebben we na onze homestay nog tijd om te schrijven hoe het ging, maar we kunnen niets beloven. Volgende week donderdagmorgen hebben we allebei een test in Iringa om te kijken welk niveau we bereikt hebben. Vrijdag hebben we de graduation en krijgen we ons certificaat. De rest van de dag gebruiken we voor inpakken, want zaterdag ’s morgens hebben we weer een lange busreis naar Dar es Salaam voor de boeg.

Liefs,
André en Dorien, Michaja en Elisa

De week voor onze vakantie was even doorbijten wat onze taalstudie betreft. We konden merken dat we eigenlijk niet veel nieuwe Swahili meer konden opnemen, tijd voor een weekje er tussenuit. En die stond gelukkig gepland, 7 dagen naar Dar es Salaam, een stad waar het heet en vochtig is (dat wisten we), maar ook een stad waar een vriend van ons woont (Shona) en waar de kust een prima plek is om met kinderen uit te blazen. En we hebben er van genoten! We voelen ons weer fris om de laatste 5 weken van onze taalschool af te maken, en dan op naar Musoma. Trouwens, een van de laatste dagen voor onze vakantie begon ik het wel erg bont te maken. Ik was in het Swahili aan het vertellen over een zendingsreis van Paulus, en zei toen dat hij naar Jeruzalem terugkeerde om daar ‘zijn insecten’ te ontmoeten. Ik verwarde even de twee woorden ndugu (‘broeder’) en mdudu (‘insect’).
1dorienswahili
Dorien en Lyndy zijn hun Swahili-woordjes aan het stampen. Altijd nauwkeurig werkje. Voorbeeld: het verschil tussen ‘ninapenda kusini’ of ‘ninapenda kuzini’ is nogal groot. De eerste betekent ‘ik houd van het zuiden’, de tweede betekent ‘ik houd ervan om overspel te plegen’. Een mogelijke vergissing die je niet wilt maken.

De busreis naar Dar es Salaam was – net als de vorige keer – lang. Om 9 uur ’s morgens stonden we klaar langs de weg om opgepikt te worden, en ’s avonds rond een uur of 6 kwamen we aan in Dar es Salaam. Onderweg hebben we van alles gezien, behalve een viertal ongelukken een hele kudde olifanten, giraffes, gazelles en zebra’s. Prachtig gezicht, en het kost niets. We waren blij dat Michaja en Elisa zich toch echt weten te vermaken, ook al is een hele dag in een stoel zitten natuurlijk niet het meest opwindende voor een kind. Maar het is goed dat ze alvast wennen aan lange reizen, want er zullen er nog genoeg komen.
2kids2
Terwijl we op de bus wachtten, vermaakten de kinderen zich met Mamisa en Nagris.

De hoop om in Iringa m’n Tanzaniaanse rijbewijs te krijgen heb ik een tijdje geleden al opgegeven. Het is een van de missies geworden tijdens onze vakantie in Dar es Salaam. Donderdagmorgen heeft een taxi-driver mij opgepikt om ‘even’ het rijbewijs te regelen. Ik had immers alle papieren al in een mooie bruine envelop. Met frisse moed gingen we op weg naar de TRA (het kantoor dat zich druk maakt om belastingen en rijbewijzen etc.). Bij de receptie werd ons verteld dat het een fluitje van een cent zou zijn, we moesten alleen even een kopie van mijn internationale rijbewijs laten maken, en dan zou ik het kleine blauwe rijbewijsboekje in handen krijgen. De kopie was snel gemaakt in een klein winkeltje in de buurt, maar eenmaal terug werd ons verteld dat het allemaal veel gecompliceerder zat. In ieder geval moest ik een theorie- en praktijkexamen doen. Ai, ai, ai. Waar ik ook rekening mee gehouden had, maar niet dat ik voor de eerste keer in Afrika zou moeten rijden voor een examen. Hier kom ik nooit door, dacht ik. Tijdens de 20 minuten tussen de TRA en het politiebureau (waar het examen zou worden afgenomen), heeft de taxidriver mij snel de regels uitgelegd, althans, voor zover hij ze begreep. Daar wat ik gezien zijn rijstijl niet helemaal van overtuigd. Op het politiebureau aangekomen werd me duidelijk was het probleem was. Ik kwam uit Nederland. Nu is daar op zich niets mis mee, ware het niet dat NL niet een onderdeel is van de Commonwealth landen (dat was althans de conclusie van de officier). En, zo legde hij vriendelijk maar formeel uit, het was zijn verantwoordelijkheid om alleen rijbewijzen te verstrekken aan mensen die niet alleen een auto kunnen besturen, maar ook de regels kennen en kunnen toepassen. Ik had me inmiddels voorbereid op de test. Hij begon met het theorie-examen. Ik had werkelijk geen flauw idee wat de regels hier precies zijn, niet eens de maximum snelheden. Zijn eerste vraag was of we in Nederland dezelfde verkeersborden hadden als in Tanzania. Aan de muur hing een enorme poster met een imposante hoeveelheid borden en verkeerstekens. Ik denk dat ik van ongeveer driekwart kon raden wat ze zouden moeten betekenen, van de rest had ik geen flauw benul. Onder toezicht van drie politieagenten en een hele rij mensen die op hun beurt wachten, moest ik uitleggen wat de betekenis was van de borden die hij aanwees. En als een mirakel, hij koos precies de verkeertekens waarvan ik min of meer kon raden wat ze zouden moeten betekenen. Ik slaagde voor het theorie-examen zonder fouten. Het vervolg was erg interessant. De vriendelijke officier ging weer zitten achter z’n bureau, en begon te overleggen met zijn collega’s. Beiden waren erg onder de indruk van het foutloze theorie-examen, dit kwam eigenlijk nooit zo voor. Terwijl ik rustig op m’n stoel zat te wachten , keek hij zo’n 10 minuten voor zich uit, stelde mij allemaal vragen als ‘ben je getrouwd?’, verdween voor nog eens 10 minuten, en kwam toen terug. Uiteindelijk vroeg hij aan zijn collega: ‘wat denk je wat we moeten doen?’. Het vergde zijn collega enkele luttele minuten voor hij met zijn voorstel kwam: ‘ik denk dat we hem moeten geven waar hij om vraagt’. Een dankbare blik had hij te pakken. De officier leek het voorstel over te nemen. Hij vroeg mij: ‘kun je auto rijden?’. Ik zei: ‘ja, ik rij al sinds m’n 18e’. En tot mijn grote verrassing begon hij een papier in te vullen, stempels te plaatsen, handtekeningen te zetten, en zei tegen me: ‘ik ga er vanuit dat je kunt rijden, je bent geslaagd voor je rij-examen.’ Ik kon m’n oren niet geloven. Maar op het formulier stond het vinkje er toch echt: ‘ameshinda’, geslaagd! De kans dat ik door het examen heen gekomen zou zijn, was naar mijn inschatting nogal klein. Het politiebureau lag aan een van de drukste wegen in Dar es Salaam, en ik zou waarschijnlijk niet eens fatsoenlijk hebben kunnen invoegen (mede vanwege het feit dat ik nog nooit een auto bestuurd heb met het stuur rechts en dan aan de linkerkant van de weg). Maar niet getreurd, ik ben geslaagd, en autorijden leer ik wel in Musoma, waar het veel en veel rustiger is dan in de miljoenenstad Dar es Salaam. Het kostte ons nog zo’n 2 uur om alle benodigde formulieren en stempels te krijgen, maar het eindresultaat mag erg zijn: een Tanziaans rijbewijs!
3rijbewijs
‘Ameshinda’, geslaagd! Een lettertje verschil maakt een groot verschil (‘ameshindwa’ betekent ‘gezakt’!).

Het was mooi om te merken hoe we echt verder komen met onze taalstudie. In Dar es Salaam hebben we veel in het Swahli gepraat (de taxi-chauffeur die me hielp met het rijbewijs sprak alleen maar Swahili). Tegelijkertijd merken we dat het ook nog echt moeilijk kan zijn om mensen te begrijpen, vooral als ze heel snel praten of als het over onbekende onderwerpen gaat. We hebben weer zin om met frisse moed aan de slag te gaan en het beste te maken van onze laatste 5 weken in Iringa!

Liefs,
André en Dorien, met Michaja en Elisa.